An_Aerial_View_of_the_Za'atri_Refugee_Camp

Paul Scheffer leverde in de NRC een waardevolle bijdrage aan het debat over vluchtelingen onder de titel ‘De exodus en ons geweten’. Maar hij zet met zijn bijdrage de lezer ook een beetje op het verkeerd been door valse tegenstellingen te poneren.

Scheffer stelt dat we weer terug moeten naar het door Weber gemaakte onderscheid tussen getuigenisethiek en verantwoordingsethiek. En hij kiest uitdrukkelijk niet voor de getuigenisethiek die leidt tot “handelen dat zich niet bekommert om de gevolgen.” Maar daarmee gaat Scheffer er aan voorbij dat Weber in zijn beroemde toespraak Politik als Beruf juist beklemtoont dat beide vormen van ethiek in het politiek handelen noodzakelijk zijn.

De vluchtelingen doen een beroep op de Europese waardegemeenschap, op de menselijke waardigheid en de daarvan afgeleide solidariteit. Een getuigenis die deze morele waarden herbevestigt wordt in het debat juist zeer gemist. Maar, en daar heeft Scheffer wel een punt, wat evenzeer gemist wordt is het doordenken van praktische consequenties.

Als we de morele verantwoordelijkheid voor het opvangen van vluchtelingen op ons nemen dan moeten we ook bereid zijn problemen onder ogen te zien en compromissen te sluiten. Na het morele leiderschap moet dus het politiek leiderschap volgen. Politiek leiderschap dat taaie problemen van huisvesting, onderwijs en werk onder ogen ziet en daar praktische oplossingen voor vindt.

Een tweede valse tegenstelling die Scheffer presenteert is die tussen open of gesloten grenzen. Die twee stellingen zijn vooral populair in het Haagse debat dat zich laat gijzelen door electorale angsten. Ik kom maar weinig mensen tegen die pleiten voor een onbegrensde opvang van iedereen die naar Europa trekt. De werkelijke vraag is niet of maar hoe we aan de Europese buitengrenzen snel en fair onderscheid kunnen maken tussen mensen die recht hebben op asiel en mensen die daarop geen aanspraak op kunnen maken. De uitdaging is verder hoe we in Europa kunnen komen tot een eenduidig en rechtvaardig asielbeleid en de hervestiging van vluchtelingen die daar volgens de UNHCR recht op hebben.

Het ontbreken van moreel leiderschap in de politiek frustreert het debat over vluchtelingen. We hebben geen premier die de morele uitgangspunten benoemt en herbevestigt. Het vacuüm dat hierdoor ontstaat wordt vooral in beslag genomen door de meest vocale tegenstanders. Hun weerstand krijgt in de media onevenredig veel weerklank. Dat wakkert de angstvalligheid in de politiek verder aan. Het debat blijft daardoor vaak beperkt tot de uitwisseling van elkaar beconcurrerende getuigenissen, het gaat te weinig over verantwoord handelen. De tragiek is dat hierdoor de taaie oorzaken en reële problemen van de vluchtelingenstroom onbenoemd blijven en het noodzakelijke maatschappelijk draagvlak voor opvang ondermijnd wordt.

Tegen deze achtergrond zijn er meen ik drie problemen die (ook) urgente aandacht vragen.

In de eerste plaats moeten we de oorzaken van de vluchtelingenstroom onderkennen. Het westen heeft veel te weinig oog gehad voor onrecht, onderdrukking en oorlogsgeweld in Afrika en het Midden Oosten. De gevestigde politiek heeft decennia lang naar stabiliteit gestreefd ten koste van democratie, en geen van beide gerealiseerd. De bijdrage aan democratische transities kwam vrijwel altijd te laat, schoot vaak te kort of bleek ronduit contraproductief. De effecten daarvan tekenen zich nu pijnlijk af. Het opnieuw doordenken van een waardegedreven buitenlandpolitiek is urgent noodzakelijk. Zeker omdat politici in weerwil van de geschiedenis opnieuw menen dat we door samenwerking met autoritaire en ondemocratische regimes onze belangen kunnen waarborgen. En het zal duidelijk zijn dat het beschermen van burgers en het opgang brengen van een politiek proces in Syrië nu topprioriteit moeten krijgen.

In de tweede plaats moeten we ons ook en veel sterker richten op de vluchtelingen die hun heil zochten in Libanon, Turkije en Jordanië. Hun situatie is op termijn onhoudbaar. Hervestiging is geen regionale, geen Europese maar een mondiale opdracht. De honderdduizenden bootvluchtelingen die na 1975 Vietnam ontvluchtten leidden tot een samenhangende en integrale benadering onder auspiciën van de VN. Waarom gebeurt dat nu niet? Er zijn nog altijd te veel landen die hun verantwoordelijkheid niet nemen. En het budget voor regionale opvang van vluchtelingen is nog steeds maar voor 45% gefinancierd!

In de derde plaats moeten we het maatschappelijk draagvlak voor de opvang van vluchtelingen versterken en zichtbaar maken. Dat dwingt ons ook om reële problemen onder ogen te zien. De grootschaligheid en de onevenwichtige geografische spreiding van de opvang. De lange duur van de procedures. Tekortschietende huisvesting, onderwijsvoorzieningen en werkgelegenheid. Zeker, dat zijn primair taken voor de overheid. Maar kerken en maatschappelijke organisaties zullen actief moeten bijdragen door hun achterban te engageren. Media en journalisten zullen zich moeten beraden op hun eigen  verantwoordelijkheid. Dat geldt ook voor vakbonden en werkgevers, ook hun zichtbare engagement is gewenst.

De exodus waarover Scheffer spreekt doet niet alleen een beroep op ons geweten. Het komt ook aan op ons handelen. We moeten daarbij niet alleen de politiek aanspreken maar ook nagaan hoe wij in onze eigen omgeving een bijdrage kunnen leveren aan het bezweren van deze crisis.

4 gedachten over “De exodus, ons geweten en ons handelen

  1. Ook ik kan mij wel vinden in de tekst. Misschien is het wel wijs nog wat meer te expliciteren dat er een min of meer permanente- en reeds 50 jaar geleden door Jan Tinbergen en anderen voorspelde- migratiegolf is, die alles te maken heeft met scheve verhoudingen in de welvaartsverdeling in de wereld en anderzijds een -nu wel zeer acute- stroom van mensen die de hel van onder meer Syrië ontvluchten en niet zozeer meer welvaart zoeken als wel het vege lijf trachten te redden. Het is niets nieuws wat ik hier zeg, maar ik ben zo optimistisch te veronderstellen dat het velen wat milder zal stemmen wanneer zij zich dit (proberen te) realiseren. Het lijkt buiten kijf dat voor de laatste groep directe hulp geboden is. En dan: de nadruk op eventuele lasten eerlijk verdelen, dus niet alleen ‘volkswijken’ met opvangcentra opzadelen, maar ook onze welvaartsoorden de ‘lasten’ mee laten dragen.

  2. Met interesse gelezen. Wel moeten we in het oog houden dat onze nieuwe medeburgers naast huisvesting en taalonderwijs ook op sleeptouw worden genomen door de maatschappij. Een bezoek aan het COC lijkt me bijvoorbeeld verplichte kost.

Geef een reactie