SyAAF MIG-23BNIn een burgeroorlog vallen burgerslachtoffers. Dat is de onverdraaglijke tragiek, de onvermijdelijke realiteit van burgeroorlogen. Burgers zijn altijd de eerste en voornaamste slachtoffers.

In Syrië is er echter geen sprake van een burgeroorlog maar van een oorlog tegen burgers. De Syrische luchtmacht maakt zich schuldig aan oorlogsmisdaden door dichtbevolkte gebieden te bombarderen zonder enig militair belang. Erger nog. De luchtmacht richt zijn bombardementen niet per ongeluk maar doelbewust op burgers. Burgerslachtoffers zijn geen onvermijdelijke bijkomende schade, burgers zijn het gezochte doelwit.

Elke dag wachten lange rijen mensen bij bakkerijen voor hun dagelijks brood. Elke dag verdringen mensen zich bij overbelaste ziekenhuizen voor verzorging van hun gewonden. Elke dag voert de Syrische luchtmacht zijn bombardementen uit. Uit onderzoek blijkt dat de luchtmacht  juist deze bakkerijen en ziekenhuizen aanvalt. Een ziekenhuis in door de oppositie gecontroleerd gebied  is al acht keer door de Syrische luchtmacht aangevallen.  Dit is geen incident, dit is een patroon. De luchtmacht richt zijn aanvallen op doelen waar zich burgers bevinden. De luchtmacht is een serial killer.

Hoe lang kan de internationale gemeenschap hiernaar kijken zonder zijn geloofwaardigheid te verliezen? Hoe lang kan de internationale gemeenschap nalaten burgers in nood te beschermen voordat er sprake is van schuldig hulpverzuim, van grove nalatigheid? Die vraag knaagt aan het geweten van de internationale politiek.

Militair interveniëren in landen is risicovol, biedt zelden garanties op succes en schept verplichtingen. Bovendien, ook bij militaire interventies vallen er burgerslachtoffers.Toch zijn er militaire analisten die stellen dat beperkt militair ingrijpen in Syrië mogelijk is. Het gericht bombarderen van Syrische vliegvelden kan de capaciteit van de Syrische regering voor het bombarderen van zijn burgers sterk beperken. Als de VN-Veiligheidsraad daar door gebrek aan consensus geen machtiging voor geeft dan kan de Algemene Vergadering zich daarover uitspreken. Dat zou een actie niet legitimeren maar wel meer rechtvaardiging geven.

Hoe lang kan de internationale gemeenschap de politieke, economische en humanitaire schade in Syrië nog verder laten oplopen? Ernstige schendingen van het oorlogsrecht en misdaden tegen de menselijkheid appelleren aan de verantwoordelijkheid om burgers te beschermen. Het met militaire middelen beëindigen van ernstige misdrijven tegen de menselijke waardigheid is een laatste redmiddel. Dat wil niet zeggen dat we dat redmiddel altijd moeten inzetten maar ook niet dat we daar eeuwig mee kunnen wachten.  We zullen de militaire mogelijkheden om burgers te beschermen tegen bombardementen serieus moeten onderzoeken. En we kunnen het politieke debat hierover niet langer ontlopen.

Een gedachte over “De dood uit de lucht

Geef een reactie