Premier Jacinda Ardern noemde het één van de donkerste dagen voor Nieuw Zeeland.” Bij een terroristische actie tijdens het vrijdaggebed in de Al Noor en de Linwood moskee zijn 49 doden gevallen. Tientallen gewonden liggen nog in het ziekenhuis. De daders hadden rechts-extremistische motieven.

De premier sprak over de slachtoffers als “they are us”. En later gaf zij aan dat Nieuw Zeeland niet was uitgekozen voor deze terreurdaad omdat het land racisme toelaat maar omdat het diversiteit, goedheid, compassie vertegenwoordigt en een schuilplaats wil zijn voor hen die dat nodig hebben. “En deze waarden, dat kan ik u verzekeren, zullen en kunnen door deze aanslag niet wankelen.”

Terroristisch geweld tegen onschuldige burgers vraagt om een ondubbelzinnige veroordeling. Ongeacht de omstandigheden. Ongeacht de motieven. Ongeacht de slachtoffers.

Maar daar kan het niet bij blijven. Extremistisch geweld werpt altijd een schaduw vooruit. Er zijn voortekenen die we moeten herkennen en waarop we moeten reageren. Een onmiskenbaar voorteken is het verdelen van mensen in “wij” en “zij”. “Zij” worden weggezet als een groep die niet thuis hoort in de samenleving waarin “wij” wonen. “Zij” zijn een paria. Een vijand. De belichaming van het kwaad.

Helaas zien we ook in Nederland voortekenen. Het antisemitisme neemt toe en er is beveiliging nodig voor synagogen. Deze toename geldt ook voor moslimdiscriminatie en bedreigingen die zich tegen moskeeën richten. Dit zijn al lang geen incidenten meer maar structurele problemen. Ook deze bedeigingen richten tegen “one of us”.

Er zijn entrepreneurs, politieke leiders die het “wij – zij” denken aanmoedigen, gebruiken of gedogen om zo hun eigen macht te vergroten. Maar dit jaagt de verdeeldheid binnen de samenleving aan. Het kan bijdragen aan het dehumaniseren van mensen. En op een donkere dag voelen mensen zich gelegitimeerd om geweld te gebruiken. Als we die donkerste dag willen voorkomen dan moeten we niet enkel het geweld veroordelen, maar ook de voortekenen daarvan.

Dat is een opdracht voor de samenleving als geheel. Maar het is ook een verantwoordelijkheid van de politiek. Trouw-columnist Hans Goslinga waarschuwde onlangs voor “de fatale grensovergang tussen realisme uit machtsbehoud en aantasting van de waarden van vrijheid, waarheid en recht.” Politici die uit machtsoverwegingen bevolkingsgroepen wegzetten, dehumaniseren of dat laten gebeuren moeten daarop worden aangesproken. Door andere politici. Door de pers. Door de kiezers. En dat gebeurt te weining.

Als we de waarden van vrijheid, waarheid en recht, en daarmee ook die van diversiteit, goedheid, compassie willen beschermen dan moeten we alert zijn op de voortekenen die deze waarden bedreigen. Dat vergt leiderschap. Niet alleen op een donkere dag, maar op alle dagen.

Geef een reactie